Volgens een onlangs verschenen onderzoek van Standard Chartered is 94,8 biljoen dollar nodig – een bedrag hoger dan het jaarlijkse wereldwijde BBP – om opkomende markten te helpen de transitie naar een ‘net zero economie’ in 2060 te kunnen maken. Zonder hulp van ontwikkelde landen is dit vrijwel onmogelijk. En al zou het lukken om dit zelf te financieren, dan neemt hierdoor het besteedbaar vermogen van de huishoudens in deze landen af met ongeveer 5% tussen nu en 2060. Dit is allesbehalve wenselijk.
Uiteraard was die bijdrage van ontwikkelde landen ook een belangrijk onderwerp tijdens de COP27 in Sharm el-Sheikh begin vorige maand. Al op de tweede dag van deze twaalfdaagse klimaattop deed onze minister-president Mark Rutte een toezegging de jaarlijkse bijdrage aan klimaatfinanciering voor ontwikkelingslanden te verhogen met 1,8 miljard euro. Een stijging van meer dan 50% ten opzichte van 2021. Daarnaast werd een extra donatie gedaan aan het Africa Adaptation Acceleration Program (AAAP). Andere landen volgden dit voorbeeld.
Dit lijkt een genereus aanbod, maar is dit niet het inlossen van gemaakte schuld? Een veelgemaakt argument is namelijk dat de in historisch perspectief grootste bijdragers aan de uitstoot van broeikasgassen ook degenen zijn die de grootste bijdrage moeten leveren aan het oplossen van deze crisis. Volgens data van het platform ‘Our World in Data’ is de cumulatieve CO2-uitstoot van alle landen tezamen 1.5 biljoen ton CO2. Van deze uitstoot komt 25% uit de Verenigde Staten, meer dan welk land dan ook en bijna evenveel als het gehele continent Azië. Tel daar voor het gemak de complete Europese Unie bij op en men komt tot de conclusie dat bijna de helft van alle historische CO2-uitstoot alleen al uit de VS en Europa komt. Daarnaast worden de landen die het minst hebben bijgedragen aan de uitstoot wel als eerste getroffen door de gevolgen ervan. Niet meer dan logisch dus, deze bijdrage.
Emerging Markets in de portefeuille
De uitdaging binnen emerging markets om een Net Zero economie te worden is tegelijkertijd ook een kans. Deze beleggingscategorie wordt reeds een steeds groter gedeelte van het belegbaar universum en dat zal alleen nog maar versnellen door alle benodigde investeringen. Dat de interesse in duurzame investeringen in emerging markets toeneemt is ook te zien in de kapitaalstromen. Volgens publicaties van het IMF verdriedubbelde de uitgifte van ESG-linked financiering naar $190 miljard in 2021 en zagen ESG-gerelateerde aandelenfondsen het totaal belegd vermogen stijgen met 20% tot een totaal vermogen van meer dan 150 miljard euro. ESG-linked financiering vormt nu ongeveer 18% van de buitenlandse financiering voor emerging markets (exclusief China). Dat is een verviervoudiging van het gemiddelde van de afgelopen jaren en laat een positieve trend zien voor duurzame financiering in emerging markets.
Beleggen in bedrijven die bijdragen aan de transitie naar een Net Zero economie wordt daarbij ook steeds gemakkelijker. Hoewel de databeschikbaarheid en -kwaliteit nog zeker niet op het niveau is van dat van ontwikkelde markten, zijn er wel steeds meer dataleveranciers en index providers die zich ook op emerging markets richten. Zo lanceerde MSCI onlangs een volledige Climate Index Range specifiek gericht op bedrijven die bijdragen aan oplossingen voor het klimaatprobleem of bedrijven die bijvoorbeeld zelf bezig zijn met de transitie naar een net zero CO2-uitstoot.
De meest vooruitstrevende methodologie die gebruikt wordt bij het construeren van deze indices is het incorporeren van de aanbevelingen van de Task Force on Climate-Related Financial Disclosures, de TCFD. Aan de hand van deze aanbevelingen wordt bepaald in welke mate bedrijven in lijn zijn met het klimaatakkoord van Parijs, en de facto het 2 en 1,5 graden opwarmingscenario. Wat direct opvalt is dat in deze index veel bedrijven worden uitgesloten ten opzichte van de reguliere emerging markets index. Slechts 34% van alle bedrijven blijft over. Niet geheel onverwacht wordt de gehele energiesector uitgesloten en blijft maar een derde over van de bedrijven die actief zijn in de sector ‘materials’.
Helpt het volgen van een dergelijke index nu daadwerkelijk de transitie voor emerging markets richting net zero? Dat blijft de vraag. Maar het zorgt wel voor een meer gefocuste sturing van kapitaal naar bedrijven die werk maken van de transitie. Daarnaast is het een kwestie van risico’s mitigeren. Door in deze bedrijven te investeren worden de transitie- en fysieke risico’s van de aandelenportefeuille op een efficiënte manier verminderd.